v. 22+,51) ou, si l’on se contente de transcrire le mot grec employé ici, 3.2 : « Aux yeux des insensés, ils (les justes décédés) passèrent pour morts, et leur départ sembla un désastre. Précédent. – A la fin du v. certains mss ajoutent : et il leur dit : Vous ne savez pas de quel esprit vous êtes Pendant qu’ils étaient en chemin, quelqu’un lui dit : Je te suivrai partout où tu iras. Maar Hij zei tegen Zijn discipelen: Laat hen gaan zitten in groepen, elk van vijftig.En nadat Hij de vijf broden en de twee vissen genomen had, keek Hij op naar de hemel, en Hij zegende ze, brak ze en gaf ze aan de discipelen om aan de menigte voor te zetten.En zij aten en werden allen verzadigd. il s’agit vraisemblablement des disciples, mais le texte n’est pas absolument clair sur ce point ; il pourrait s’agir seulement de Jésus, Moïse et Elie (certains mss tranchent dans ce sens) ; cf. 9:22,44 17:25 18:31-33 24:46 de Mensenzoon moest worden uitgeleverd aan zondaars en moest gekruisigd worden en op de derde dag opstaan.’ 8 Toen herinnerden ze zich zijn woorden. Matthieu Marc Luc Jean Actes. le terme correspondant est omis par certains mss. 47 Jezus merkte wat hen bezighield en hij nam een kind bij zich, dat hij naast zich neerzette. Breng uw zoon hier. (3.21+) 6.12 ; cf. Il ne savait pas ce qu'il disait.Comme ceux-ci allaient se séparer de lui, Pierre dit à Jésus: "Maître, cela tombe bien que nous soyons ici. Il ne savait ce qu'il disait. En zij zwegen stil, en verhaalden in die dagen niemand iets van hetgeen zij gezien hadden.En het geschiedde des daags daaraan, als zij van den berg afkwamen, dat Hem een grote schare in het gemoet kwam.En ziet, een man van de schare riep uit, zeggende: Meester, ik bid U, zie toch mijn zoon aan; want hij is mij een eniggeborene.En zie, een geest neemt hem, en van stonde aan roept hij, en hij scheurt hem, dat hij schuimt, en wijkt nauwelijks van hem, en verplettert hem.En ik heb Uw discipelen gebeden, dat zij hem zouden uitwerpen, en zij hebben niet gekund.En Jezus, antwoordende, zeide: O ongelovig en verkeerd geslacht, hoe lang zal Ik nog bij ulieden zijn, en ulieden verdragen? En zij vreesden Hem een vraag te stellen over dat woord.Maar toen Jezus de overweging van hun hart zag, nam Hij een kind en zette dat bij Zich.En Hij zei tegen hen: Wie dit kind ontvangt in Mijn Naam, die ontvangt Mij, en wie Mij ontvangt, ontvangt Hem Die Mij gezonden heeft. Luc 9:35 Et de la nuée sortit une voix, qui dit: Celui-ci est mon Fils élu: écoutez-le! En Hij vroeg hun: Wie zeggen de menigten dat Ik ben? toe ging, wierp de demon hem tegen de grond en deed hem stuiptrekken. Luc 9:33 - Francais David Martin Bible 1744 - dMb1744 . – (les trois composantes du sanhédrin) 20.1 ; cf. 18:1; Mark. Nous allons dresser trois tentes: une pour toi, une pour Moïse et une pour Élie.” Il ne savait pas ce qu’il disait.Et comme ils se séparaient de Jésus, Pierre lui dit: Maître, nous sommes bien ici; faisons-y trois tentes: une pour vous, une pour Moïse, et une pour Elie. Car quiconque voudra sauver sa vie la perdra, mais quiconque perdra sa vie à cause de moi la sauvera. 48 9:48 Mat. En zij zeiden: Wij hebben niet meer dan vijf broden, en twee vissen; tenzij dan dat wij heengaan en spijs kopen voor al dit volk;Want er waren omtrent vijf duizend mannen. En zij gingen naar een ander dorp.Het gebeurde, toen zij onderweg waren, dat iemand tegen Hem zei: Heere, ik zal U volgen waar U ook heen gaat.Maar Jezus zei tegen hem: De vossen hebben holen, en de vogels in de lucht nesten, maar de Zoon des mensen heeft niets waarop Hij het hoofd kan neerleggen.Tegen een ander zei Hij: Volg Mij. Hérode disait : Jean, c’est moi qui l’ai fait décapiter ; alors qui est-il, celui-ci, dont j’entends dire de telles choses ? Du milieu de la foule, un homme s’écria : Maître, je t’en prie, porte les regards sur mon fils, car c’est mon fils unique.
16.9 ; voir Mc 9.5+. Doch Hij zeide tot Zijn discipelen: Doet hen nederzitten bij zaten, elk van vijftig.En Hij, de vijf broden en de twee vissen genomen hebbende, zag op naar den hemel, en zegende die, en brak ze, en gaf ze den discipelen, om der schare voor te leggen.En zij aten en werden allen verzadigd; en er werd opgenomen, hetgeen hun van de brokken overgeschoten was, twaalf korven.En het geschiedde, als Hij alleen was biddende, dat de discipelen met Hem waren, en Hij vraagde hen, zeggende: Wie zeggen de scharen, dat Ik ben?Johannes de Doper; en anderen: Elías; en anderen: Dat enig profeet van de ouden opgestaan is.En Hij zeide tot hen: Maar gijlieden, wie zegt gij, dat Ik ben? Wie is Deze dan over Wie ik zulke dingen hoor? Au moment où ces hommes se séparaient de Jésus, Pierre lui dit: Maître, il est bon que nous soyons ici; dressons trois tentes, une pour toi, une pour Moïse, et une pour Élie. Romains 1 Corinthiens 2 Corinthiens Galates. 3 Ne prenez rien pour le voyage, leur dit-il, ni bâton, ni sac, ni pain, ni argent, et n'ayez pas deux tuniques. Nous allons dresser trois tentes, une pour toi, une pour Moïse et une pour Elie. 9:33; Luk. … Références Croisées. Car les uns disaient que Jean s’était réveillé d’entre les morts ; d’autres, qu’Elie était apparu ; d’autres encore, qu’un des anciens prophètes s’était relevé. Ook mag niemand van u twee En welk huis u ook zult binnengaan, blijf daar en vertrek van daaruit. – Il leur dit : Ne prenez rien pour la route, ni bâton, ni sac, ni pain, ni argent, et n’ayez pas deux tuniques chacun. anderen dat een van de oude profeten opgestaan is.Hij zei tegen hen: Maar u, wie zegt u dat Ik ben? En effet, celui qui est le plus petit parmi vous tous, c’est celui-là qui est grand.cf.
– cf. v. 31 ; voir 24.51 ; Mc 16.19 ; Ac 1.2,11,22 ; 1Tm 3.16 ; voir aussi Gn 5.24 ; 2R 2.1,11. Tous mangèrent et furent rassasiés, et on emporta douze paniers de morceaux qui étaient restés.Un jour qu’il priait à l’écart et que les disciples étaient réunis auprès de lui, il leur demanda : Au dire des foules, qui suis-je ?
23.35 ; cf. – Les apôtres, à leur retour, racontèrent à Jésus tout ce qu’ils avaient fait.Il les prit avec lui et se retira à l’écart, du côté d’une ville appelée Bethsaïda. Ephésiens Philippiens Colossiens. 9:33-40 9:46 Luc. Laten wij drie tenten maken, voor U een, voor Mozes een en voor Elia een; hij wist echter niet wat hij zei.Terwijl hij dit zei, kwam er een wolk, en die overschaduwde hen. Want wie de minste onder u allen is, die zal belangrijk zijn.Johannes antwoordde en zei: Meester, wij hebben iemand gezien die in Uw Naam demonen uitdreef, en wij hebben het hem verboden, omdat hij U niet samen met ons volgt.opneming vervuld werden, dat Hij Zijn aangezicht naar Jeruzalem keerde om daarheen te reizen.En Hij stuurde boden voor Zijn aangezicht uit.